Dit zijn de voor mij belangrijkste punten uit het boek: “Several short sentences about writing” van Verlyn Klinkenborg.
Houd zinnen kort door de ruimte tussen het onderwerp en de volgende zin zo kort mogelijk te houden
Verwijder onnodige woorden
Een van de doelen is te schrijven door te impliceren
Een van de belangrijkste hulpmiddelen van een schrijver is meer te suggereren dan de woorden zeggen: de kunst om in stilte tot de lezer te spreken
Hoe zou het zijn om te schrijven op zo’n manier dat er geen samenvatting van te maken is
Alles dat je opvalt is belangrijk. Want doordat het je opvalt is het belangrijk.
Maar wat je opvalt, is wat je jezelf toelaat om op te merken. En dat hangt af van wat je denkt dat je mag opmerken in een wereld waarin we getraind zijn om onze percepties te negeren
probeer om je werk hardop te lezen, het oor is slimmer dan het oog
Concentratie, attentie en opwinding zullen deel zijn van je werk. Dagelijks. Flow, inspiratie – het spontaan vloeien van zinnen, zullen dat niet zijn. Een belangrijk onderscheid om te maken
Stijl is geen focus, zolang er onduidelijkheid is (ambiguity). In plaats van je op stijl te richten al schrijver, kun je tot die tijd beter op duidelijkheid, helderheid richten
Door het vinden van fouten leer je om betere zinnen te maken. Geniet er van. Je kunt je zelf niet verhinderen om een fout te herhalen, als je die nooit opgemerkt hebt
Door te werken aan de zinnen zul je gedachten vinden waarvan je niet eens het bestaan kende, omdat ze nog niet bestonden. Totdat je de zinnen aan het onderzoeken was voor hun impliciete mogelijkheden.
Je zal leren om een enkel woord, een simpel ritme, een ding dat je opviel, een zin laten genereren, die je niet verwacht had Dit vraagt om een verandering in je mentale gewoontes, een herbeoordeling van hoe je werkt.
Het standaard model van schrijven mist de contemplatieve ruimte van schrijven. Kun je alle goede gedachtes vooruit bedenken?
Gebruik je materiaal. Maak het helemaal op. Er is meer van waar dat vandaan kwam. Je zult geen nieuwe ontdekkingen maken totdat je ze nodig hebt. Je moet al je materiaal gebruiken
Ga verder met wat je interessant vindt.
Kijk of de gedachte waar je in geïnteresseerd bent, scherper en helderder wordt door er een zin van te maken. Misschien wordt het juist mistiger. Wat vertelt dat je? Geen paniek, blijf er aan werken
Je denken zal je helpen om te ontdekken wat je interesseert in het onderwerp dat je gekozen hebt. Daarbij maakt het niet uit op welke gekke manier dat verbonden is. Door welke draad dan ook, welke perceptie, welke zin, welke intuïtie
Een lezer hoeft niet in het verhaal getrokken te worden door de eerste zin. Hoeft niet gegrepen te worden. Maar moet de interesse voelen in de zin die je gekozen hebt om te maken. Niets meer.
Kijk of je een zin kunt maken die opkomt uit de eerste zin. Niet de zin die volgt op de eerste
Je hebt geen idee wat je gaat zeggen, totdat je ontdekt wat je wilt zeggen, terwijl je de zinnen maakt die het zeggen Elke zin is optioneel, tenzij deze het tegendeel bewijst Schrijven is ontdekken
Het stuk dat je schrijft gaat over wat je vindt in het stuk dat je aan het schrijven bent. Niets anders
Vroeger of later, zul je meer geïnteresseerd raken in wat je op de pagina kunt zeggen, dan hetgeen je van plan was te zeggen.
Maak kleine, incremental veranderingen
Verzet je tegen het jargon van je onderwerp. Breek alles dat je tegenkomt in kleine stukjes
Gebruik het kleine detail dat je nodig hebt op het moment dat je het nodig hebt. Let op de manier dat het samenwerkt met andere details. Waarom zou je de hele scene namaken als alleen een moment telt
Wat als de lezer, op een bepaalde manier, in jou gelooft? Luistert naar jouw stem, niet de stem van anderen. Kijkt naar wat jij opmerkt. Wat als de lezer jouw autoriteit voelde en denkt om jou te quoten?
autoriteit ligt bij de lezer, die simpelweg het boek kan sluiten en een andere kan kiezen
Jouw gratie, jouw autoriteit wordt niet ontleent aan de validiteit van het onderwerp, maar creëert het juist.
De eerste persoon die overtuigt moet worden van je autoriteit ben je zelf.
Wat de gewoonste zaak lijkt voor jou, komt als een openbaring voor de lezer
Echte discipline is herinneren en herstellen – uitvinden indien nodig – wat jou interesseert. Want als het jou niet interesseert, hoe kan het dan ooit iemand anders interesseren?
Het werk zal jou redden in plaats van dat jij het werk redt
het werk selecteert het publiek. Je ben geneigd om te vragen – wie is de lezer? De betere vraag is altijd: “Wie ben ik voor de lezer”
Andere vragen zijn – hoeveel van mijn wereld overlapt met die van de lezer? oftewel – Hoeveel moet ik uitleggen?
Praktische tips:
werk richting kort – haal woorden weg ipv ze toe te voegen
naar directheid – taal die niet ontwijkend is
naar eenvoud – in constructie en woordkeuze
naar duidelijkheid – altijd uitkijken voor dubbelzinnigheid
naar ritme – waar het ontbreekt aan
naar letterlijkheid – als een tegengif voor onduidelijkheid
naar impliceren – het stil uiten van zinnen
naar variatie – altijd
naar stilte – laat er wat zijn
naar de naam van de wereld – de jouwe om te ontdekken
naar aanwezigheid – de stille autoriteit van jouw prosa